Het wordt tijd dat de kwestie HHNK definitief beslecht wordt, want het debat daarover is behoorlijk uit de hand gelopen. Ooit was het een zakelijke discussie, maar inmiddels lijkt het een strijd op leven en dood, waarin – zowel politiek als publiek – onfrisse methoden en onzindelijke argumenten zijn ingezet. Er zijn aan de gemeenteraad gemanipuleerde rapporten en misleidende presentaties aangeboden, en in de krant zie je steeds meer stemmingmakerij en kommenstrijd. Welke onderliggende motieven en gevoelens zijn er zó zwaarwegend dat een rationele discussie en afweging niet meer mogelijk lijkt?

Zinnige vragen

In eerste instantie leken de vragen en bezwaren inhoudelijk en zinnig: was het complex wel geschikt, was het niet te hokkerig, was de onderhoudstoestand niet te slecht, moest er niet erg veel gebeuren aan data-infrastructuur en aan installaties, was het niet te duur om het complex voor gemeentelijk gebruik aan te passen? Door de eigen gemeentelijke organisatie zijn toen die zaken op een rijtje gezet, en de antwoorden zijn door het college in diverse notities aan de raad aangeboden:

·        

Ja, het complex is bij uitstek geschikt voor gebruik als ambtelijk/bestuurlijk centrum, sterker nog: het is hiervoor gebouwd en altijd als zodanig gebruikt, en eigenlijk alleen hiervoor geschikt.

·        

Nee, het is niet te hokkerig: de draagconstructie van het nog in 1978 deels nieuwgebouwde en deels gerestaureerde complex maakt het vrij verplaatsen en/of verwijderen van de binnenwanden mogelijk.

·        

Nee, de onderhoudstoestand is niet slecht maar zelfs uitstekend, de panden zijn altijd prima door het Hoogheemraadschap onderhouden.

·        

Nee, er hoeft niet veel te gebeuren: de aanwezige data-infrastructuur functioneert tiptop en is “state of the art”; alleen moet er in het kantoordeel een nieuwe luchtbehandelingsinstallatie worden aangebracht.

·        

Nee, de benodigde aanpassingen voor gemeentelijk gebruik zijn niet te duur, maar beperkt en betaalbaar.

 

De antwoorden bevielen niet

De fracties van VD80 en CDA lieten zich echter niet overtuigen. Dat kwam omdat deze vragen en tegenwerpingen slechts dienden om het échte bezwaar te verhullen: deze partijen willen niet dat er ook maar één ambtenaar in Edam komt te werken.  Binnenskamers, tijdens de coalitiebesprekingen na de verkiezingen van 2010, werd het door dhr. Karhof van VD80 letterlijk als volgt verwoord: “Als we dat doen, breekt in Volendam de pleuris uit.”

 

Als het HHNK in Volendam had gestaan hadden ambtenaren er allang in gezeten

Natuurlijk snappen zelfs VD80 en CDA dat je in deze tijd niet meer openlijk en serieus  met zo’n bezwaar aan kunt komen. Daarom heeft – nadat de wethouders van VD80 en CDA door hun fracties op dit punt zijn bijgestuurd – het college kosten noch moeite gespaard om d.m.v. onderzoek en quasi-onderzoek ‘aan te tonen’ dat het veel goedkoper was om de panden aan de Mgr.Veermanlaan te renoveren, uit te breiden of zelfs nieuw te bouwen. Daarbij deinsde men er niet voor terug om oppervlakkige en suggestieve presentaties te laten geven (Fund’m), en zelfs niet om onderzoeks­resultaten te manipuleren (Ernst&Young). Dit zijn ernstige beschuldigingen, maar helaas objectief aantoonbaar.

 

Stemmingmakerij?

In hun verwoede pogingen om tegen elke prijs te beletten dat (een deel van) ons ambtelijk apparaat naar Edam zou moeten verhuizen, hebben VD80, CDA en Lijst Kras daarna in de pers uitgebreid de ‘Volendam-tegen-Edam-kaart’ gespeeld. Eerst door de voorstanders als ‘Edammer partijen’ te bestempelen. Dat klopt simpelweg niet:  zowel qua afkomst als qua woonplaats zitten er bij de voorstanders bijna  evenveel raadsleden uit Volendam als uit Edam. Wat overigens totaal niet belangrijk is: deze partijen komen op voor ál onze burgers, niet alleen voor Edammers of voor Volendammers. Ook werd daarna in de pers de ‘hardwerkende Volendammer’ opgevoerd, die zogenaamd moet opdraaien voor de kosten van buitensporige ‘Edammer’ wensen. Slecht voorbeeld doet slecht volgen: al gauw verschenen er ook ‘uit het publiek’ soortgelijke geluiden, ook vorige week nog.  Hiermee wordt ingespeeld op eeuwenoude onderbuikgevoelens, om achterhaalde sentimenten weer tot leven te wekken, waarmee in feite Volendammers en Edammers tegen elkaar worden opgezet. Stemmingmakerij is hiervoor eigenlijk een te vriendelijk woord. Een griezelige aanpak, die vaak wordt toegepast bij gebrek aan deugdelijke argumenten.

 

Alles sal reg kom…

Toch vertrouwt GroenLinks erop dat deze onfrisse methode bij de meeste Volendammers geen weerklank zal vinden. Uiteindelijk zijn de hardwerkende Volendammers immers in meerderheid ook weldenkende burgers, bij wie het gezonde verstand de overhand heeft. Het moet mogelijk zijn om in deze zaak nu eindelijk een verstandig, rationeel besluit te nemen, en dat besluit dan ook een keer uit te voeren, zodat onze ambtenaren na jaren van ongemak weer een fatsoenlijke werkplek krijgen.

 

Herman Sier