Nog een paar maanden, per 1 januari 2016 om precies te zijn, is de fusie met de gemeente Zeevang een feit. Vanaf dat moment behoren de pittoreske plattelandskernen met boerderijen, weilanden, sloten, dorpsraden, veeteelt en akkerbouw bij de gemeente Edam-Volendam. De naam werd vrijwillig opgegeven, berustend en licht schouderophalend besloten de Zeevangers dat het zo goed was. Als ze dan toch, min of meer noodgedwongen, moesten opgaan in een andere grotere gemeente, dan maar het liefst met de burgers en buitenlui van die welvarende en roemruchte gemeente aan het IJsselmeer. Aanvankelijk leek het een voor de hand liggend en puur op het verstand gebaseerd ‘huwelijk’ te worden. De lokale partijen in ‘het Volendamse’ mopperden binnensmonds dat de bruid Zeevang toch een verdomd goede partij had weten te strikken, een bruid die gretig en berekenend wel raad zou weten met de bruidsschat van de bemiddelde bruidegom.  

Zeevang kon nog wel eens bedrogen uit gaan komen. Wanneer we het verloop van de afgelopen raadsvergaderingen bekijken, lijkt het alsof het college van Edam-Volendam alles op alles zet om vóór de formele fusiedatum zoveel mogelijk grote projecten in gang te zetten of die zo snel mogelijk af te ronden. De raadsleden worden zowat duizelig van alle miljoenen die hen om de oren vliegen en waarvoor zij toestemming tot beschikbaar stellen moeten geven. Dat gaat tot nog toe heel soepeltjes en zonder blikken of blozen. Drie miljoen voor een weg onderlangs het Noordeinde in Volendam, krap een miljoen voor de herinrichting van een plein in het centrum van Volendam (hoofdzakelijk voor tegels, verkeersborden en klinkers). Verder nog een kleine twee miljoen voor de aankoop (ruim een half miljoen boven de getaxeerde marktwaarde) van een verwaarloosd stuk grond bij de ingang van Volendam en om de vaart erin te houden alvast een voorbereidingskrediet van ruim drie ton voor de ontwikkeling van het project Seinpaal/Waterdam in Volendam, Kan best zijn dat ik een project of tonnetje meer of minder in de opsomming ben vergeten. Maar dat maakt eigenlijk niet zo veel uit. Krediet verstrekken en geld uitgeven is voor de raad een routineklus geworden, een vast punt op de agenda van de raadsvergadering. De raadsleden uit Zeevang die geregeld op burenbezoek komen om alvast te wennen aan onze zeden en gewoonten, beginnen zich nu langzaamaan achter de oren te krabben. Kan het ook nog zo zijn dat straks, op 1 januari 2016, de koek zoetjesaan op is? Dat alle toekomstige noodzakelijke projecten en investeringen, onderhoud, uitbreidingen en kredieten voorlopig op een heel laag pitje komen te staan? ‘Soms moet er wel eens geld bij’ sprak de fractievoorzitter van Lijst Kras vergoelijkend bij de behandeling van de laatste stunt van het  college om het braakliggend Tase terrein in Volendam te verwerven en te slopen voor de lieve som van twee miljoen (Twee miljoen, samen doen. Waar heb ik dat eerder gehoord?). Ach, wat geeft de boer om een aardappel meer of minder, zal Loek met zonnebril en een dikke sigaar gedacht hebben. De eens zo zuinige Kras, hij lijkt wel een vishandelaar op z’n vrije maandag nu hij zelf aan de knoppen draait. Ze hadden het in Zeevang natuurlijk op hun klompen kunnen aanvoelen: de vis wordt duur betaald.

Gudy van den Hogen